Naar Jajce.
Door: Marianne.
Blijf op de hoogte en volg M.L
27 April 2014 | Bosnië en Herzegovina, Jajce
Onderweg regent het af en toe wat, en als we om 12.30 uur stoppen voor een broodje schijnt de zon en is het opeens 21°. We staan zo’n 20 km. vóór de afslag naar Bosnië op een enorme parkeerplaats. Alleen. Even later komt er nog een VW busje en dat is het dan. Freek pakt de stoelen en we zitten even heerlijk in het zonnetje. Dát is een poos geleden!
Wanneer we weer rijden verdwijnt de zon om niet meer terug te keren. Bij de grens is het redelijk druk, maar we hoeven niet lang te wachten en de douanier is zelfs een soort van vriendelijk.
We krijgen weer een stempel.
We hebben nog een stuk snelweg, maar die houdt bij Banja Luka op. De Tom laat het af en toe ook afweten, het adres van de camping kent hij sowieso niet.
De route is verder prachtig maar inspannend, want het gebied is rotsachtig aan de rechterkant met soms flink overhellende stukken en links van de weg loopt een rivier. Het is een traject vol bochten, zo’n 50 km. lang dus we rijden op ons gemakkie. Dat kan ook want het is niet druk. Soms komt er een knoeperd van een vrachtwagen aan, maar het gaat altijd goed.
Bij Jajce hopen we op aanwijzingen van de camping, en gelukkig, die zijn er, we volgen de borden.
De camping moet op 5 km. van Jajce liggen en daar staat inderdaad een groot bord met het woord “camping” erop, maar geen naam of zoiets. En aangezien we daar naar beneden moeten ga ik er niet zomaar in. Dus stapt Freek in de stromende regen uit en gaat op onderzoek. Ja, het is goed.
Het is een steil, smal weggetje en ik zie geen camping. Dan moeten we nóg steiler scherp rechtsaf en ik zeg tegen Freek dat ik dat niet zomaar doe. “Ga eerst maar weer kijken”. Arme man, hij moet wel met zo’n hysterisch wijf! Het is weer goed en we komen bij de camping. Daar staat niemand maar er is een knul aanwezig die geen andere taal spreekt. Man komt later, begrijpen we. Hij doet de slagboom voor ons open en we zoeken een plek op één van de paden. Als je op het gras gaat staan kom je er nooit meer weg, én je rijdt alles kapot.
Er zijn geen afvoerputten in de paden dus alles staat zo’n beetje blank. En het blijft maar regenen.
Om 18 uur komt er een camper binnenrijden, en om 19 uur nog 2. Dat is de oogst van vandaag. Die komen van de andere kant de camping binnen dus dat moeten we morgen es bekijken. Even later komt de baas die 3 woorden Duits spreekt (of 2) en of we komen afrekenen. We maken duidelijk dat we 2 nachten willen blijven en dan kunnen we morgen betalen. Mooi zo, blijven we nog even droog. Als we naar de Wifi vragen waar we geen verbinding mee kunnen krijgen noemt hij de campingnaam als herkenning. Ja, zover waren wij ook al. Nou ja, morgen maar uitvogelen. Misschien is er alleen verbinding bij het kantoortje.
Om 20.30 uur horen we geen getik meer op ons dak, zou het echt droog zijn?
Om 23 uur is het nog steeds droog en kruipen we in ons bedje.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley